Voltde verleden tijd voor sequenties in het verleden Opdrachten in de Portugese taal

De voltooid verleden tijd in het Portugees, ook wel bekend als de pretérito perfeito composto, is een essentieel onderdeel van de taal om gebeurtenissen in het verleden weer te geven. Deze tijdsvorm wordt gebruikt om acties te beschrijven die in het verleden zijn voltooid en vaak een verband hebben met het heden. Het correct toepassen van de voltooid verleden tijd kan soms een uitdaging zijn, vooral wanneer er meerdere acties in een sequentie plaatsvinden. In deze oefeningen richten we ons op het verduidelijken van het gebruik van deze tijdsvorm door middel van diverse voorbeelden en praktijksituaties. Het begrijpen van de voltooid verleden tijd is cruciaal voor het vertellen van verhalen, beschrijven van ervaringen en het uitleggen van opeenvolgende gebeurtenissen in het verleden. Door middel van gerichte oefeningen en voorbeelden helpen we je de nuances van deze tijdsvorm onder de knie te krijgen. Of je nu een beginner bent of je kennis wilt verdiepen, deze pagina biedt oefeningen die je stap voor stap begeleiden bij het correct gebruiken van de voltooid verleden tijd in het Portugees. Bereid je voor op een reeks uitdagende en leerzame oefeningen die je taalvaardigheid naar een hoger niveau tillen.

Exercise 1

<p>1. Ele *foi* ao mercado depois de sair do trabalho (vervoeging van "ir").</p> <p>2. Quando ela *chegou* em casa, já era tarde (vervoeging van "chegar").</p> <p>3. Nós *comemos* o jantar antes de assistir ao filme (vervoeging van "comer").</p> <p>4. Eles *falaram* sobre o projeto antes de apresentá-lo (vervoeging van "falar").</p> <p>5. Maria *acordou* cedo para pegar o trem (vervoeging van "acordar").</p> <p>6. João *terminou* o relatório antes de enviar para o chefe (vervoeging van "terminar").</p> <p>7. Ela *escreveu* a carta antes de ir ao correio (vervoeging van "escrever").</p> <p>8. Nós *assistimos* ao jogo depois de terminar o trabalho (vervoeging van "assistir").</p> <p>9. Eles *limparam* a casa antes da festa começar (vervoeging van "limpar").</p> <p>10. Pedro *leu* o livro antes de dormir (vervoeging van "ler").</p>

Exercise 2

<p>1. Maria *tinha* feito o jantar antes que os convidados chegassem. (Werkwoord: ter in verleden tijd)</p> <p>2. Quando eu *cheguei* ao parque, eles já tinham começado a jogar futebol. (Werkwoord: chegar in verleden tijd)</p> <p>3. Ele *estava* estudando quando a luz apagou. (Werkwoord: estar in verleden tijd)</p> <p>4. Nós *tínhamos* saído de casa quando começou a chover. (Werkwoord: ter in verleden tijd)</p> <p>5. Ela *leu* o livro antes de ir dormir. (Werkwoord: ler in verleden tijd)</p> <p>6. Eles já *tinham* terminado o trabalho quando o chefe chegou. (Werkwoord: ter in verleden tijd)</p> <p>7. Eu *tinha* lavado a roupa antes de sair. (Werkwoord: ter in verleden tijd)</p> <p>8. Quando eles *chegaram* à festa, todos já estavam dançando. (Werkwoord: chegar in verleden tijd)</p> <p>9. Ele *escreveu* a carta antes de enviar o e-mail. (Werkwoord: escrever in verleden tijd)</p> <p>10. Nós *tínhamos* preparado tudo antes dos convidados chegarem. (Werkwoord: ter in verleden tijd)</p>

Exercise 3

<p>1. Quando eu *cheguei* ao escritório, todos já tinham saído (verleden tijd van "arriveren").</p> <p>2. Ele *começou* a estudar antes que a aula terminasse (verleden tijd van "beginnen").</p> <p>3. Nós *fomos* ao cinema depois que terminamos o trabalho (verleden tijd van "gaan").</p> <p>4. Ela *leu* o livro antes de escrever o relatório (verleden tijd van "lezen").</p> <p>5. Eles *comeram* o jantar antes de assistir ao filme (verleden tijd van "eten").</p> <p>6. Eu *escrevi* a carta antes de enviá-la (verleden tijd van "schrijven").</p> <p>7. Nós *vimos* o pôr do sol antes de ir para casa (verleden tijd van "zien").</p> <p>8. Ele *terminou* o projeto antes do prazo final (verleden tijd van "afmaken").</p> <p>9. Ela *viajou* para o Brasil antes de se mudar para Portugal (verleden tijd van "reizen").</p> <p>10. Eles *chegaram* ao aeroporto antes do voo sair (verleden tijd van "arriveren").</p>

Learn a Language 5x Faster with AI

Talkpal is AI-powered language tutor. Master 50+ languages with personalized lessons and cutting-edge technology.