Pick a language and start learning!
Gebruik van voltooide toekomende tijd Opdrachten in de Franse taal
De voltooide toekomende tijd, of futur antérieur, is een intrigerende en belangrijke tijd in de Franse grammatica. Deze tijd wordt gebruikt om een handeling aan te duiden die in de toekomst voltooid zal zijn voordat een andere toekomstige handeling plaatsvindt. Het correct gebruiken van de futur antérieur kan een uitdaging zijn voor veel studenten van de Franse taal, omdat het een combinatie van de futur simple en het voltooid deelwoord vereist. Het begrijpen van deze tijd helpt je niet alleen om complexere zinnen te vormen, maar ook om je taalvaardigheid en begrip van tijdsrelaties in het Frans te versterken.
In deze sectie vind je verschillende oefeningen die je zullen helpen de voltooide toekomende tijd onder de knie te krijgen. Deze oefeningen zijn ontworpen om je stap voor stap door de regels en uitzonderingen te leiden, waarbij je leert hoe je werkwoorden correct vervoegt en hoe je deze tijd op een natuurlijke manier in zinnen kunt gebruiken. Of je nu een beginner bent die net kennismaakt met deze tijd, of een gevorderde student die zijn vaardigheden wil verfijnen, deze oefeningen bieden de nodige praktijk en ondersteuning om je kennis en vertrouwen in het gebruik van de futur antérieur te vergroten.
Exercise 1
<p>1. Morgen om deze tijd *zal ik hebben geschreven* aan mijn Franse vriend (voltooid deelwoord van "schrijven").</p>
<p>2. Tegen het einde van de maand *zal ik hebben voltooid* mijn project (voltooid deelwoord van "voltooien").</p>
<p>3. Over een jaar *zal ik hebben geleerd* vloeiend Frans te spreken (voltooid deelwoord van "leren").</p>
<p>4. Tegen volgende week *zal ik hebben gelezen* drie boeken in het Frans (voltooid deelwoord van "lezen").</p>
<p>5. Volgende zomer *zal ik hebben bezocht* alle steden in Frankrijk die ik wilde zien (voltooid deelwoord van "bezoeken").</p>
<p>6. Tegen de tijd dat hij terugkomt *zal ik hebben gekookt* een heerlijk Frans diner (voltooid deelwoord van "koken").</p>
<p>7. Voor het eind van de dag *zal ik hebben gedaan* al mijn huiswerk (voltooid deelwoord van "doen").</p>
<p>8. Tegen volgend jaar *zal ik hebben gereisd* door heel Europa (voltooid deelwoord van "reizen").</p>
<p>9. Voordat ze aankomen *zal ik hebben schoongemaakt* het hele huis (voltooid deelwoord van "schoonmaken").</p>
<p>10. Voor hun vakantie *zal ik hebben geboekt* hun vliegtickets naar Parijs (voltooid deelwoord van "boeken").</p>
Exercise 2
<p>1. Demain, nous aurons *terminé* le projet (afronden).</p>
<p>2. Elle sera *partie* avant que tu arrives (vertrekken).</p>
<p>3. Quand tu reviendras, ils auront déjà *mangé* (eten).</p>
<p>4. Vous aurez *acheté* une nouvelle voiture d'ici l'année prochaine (kopen).</p>
<p>5. Il aura *fini* ses devoirs avant d'aller jouer (afmaken).</p>
<p>6. Nous serons *allés* voir ce film avant la fin de la semaine (gaan).</p>
<p>7. Tu auras *reçu* ta commande avant vendredi (ontvangen).</p>
<p>8. Ils auront *déménagé* avant la fin de l'été (verhuizen).</p>
<p>9. Elle aura *appris* le français avant de partir en voyage (leren).</p>
<p>10. Vous aurez *dormi* pendant que j'étais au travail (slapen).</p>
Exercise 3
<p>1. Tegen 2025 *zal* ik mijn studie hebben afgerond. (werkwoord voor toekomst)</p>
<p>2. Over een paar jaar *zal* hij zijn droomhuis hebben gebouwd. (werkwoord voor toekomst)</p>
<p>3. Volgende zomer *zal* zij haar boek hebben gepubliceerd. (werkwoord voor toekomst)</p>
<p>4. Tegen morgen *zullen* we het project hebben voltooid. (werkwoord voor toekomst, meervoud)</p>
<p>5. Over een maand *zal* de nieuwe winkel zijn geopend. (werkwoord voor toekomst)</p>
<p>6. Binnenkort *zal* je de waarheid hebben ontdekt. (werkwoord voor toekomst)</p>
<p>7. Volgende week *zal* hij de cursus hebben afgerond. (werkwoord voor toekomst)</p>
<p>8. Tegen vanavond *zullen* we alle taken hebben voltooid. (werkwoord voor toekomst, meervoud)</p>
<p>9. Over een jaar *zal* zij de marathon hebben gelopen. (werkwoord voor toekomst)</p>
<p>10. Tegen het einde van de dag *zal* hij de presentatie hebben gegeven. (werkwoord voor toekomst)</p>




