De voltooide toekomende tijd is een van de minder vaak gebruikte tijden in het Nederlands, maar het is een belangrijke grammaticale constructie die precieze betekenissen kan overbrengen. Deze tijd wordt gebruikt om aan te geven dat een handeling in de toekomst voltooid zal zijn op het moment dat een andere handeling plaatsvindt. In dit artikel zullen we dieper ingaan op het gebruik van de voltooide toekomende tijd, hoe deze wordt gevormd en enkele voorbeelden geven om de toepassing te verduidelijken.
Wat is de voltooide toekomende tijd?
De voltooide toekomende tijd, ook wel de toekomende voltooide tijd genoemd, is een werkwoordstijd die wordt gebruikt om aan te geven dat een actie in de toekomst voltooid zal zijn voordat een andere toekomstige actie plaatsvindt. Deze tijd wordt vaak gebruikt om de voltooiing van een handeling te benadrukken ten opzichte van een andere handeling in de toekomst.
De voltooide toekomende tijd wordt gevormd door het gebruik van het hulpwerkwoord “zullen” in de tegenwoordige tijd, gevolgd door het voltooid deelwoord van het hoofdwerkwoord en het hulpwerkwoord “hebben” of “zijn” in de infinitiefvorm. De keuze tussen “hebben” en “zijn” hangt af van het hoofdwerkwoord.
Voorbeeldconstructies
Laten we eens kijken naar enkele voorbeeldzinnen om een beter begrip te krijgen van hoe de voltooide toekomende tijd wordt gebruikt:
1. Tegen de tijd dat jij aankomt, zal ik mijn huiswerk hebben gemaakt.
2. Zij zal het boek hebben gelezen voordat de les begint.
3. Wij zullen al zijn vertrokken tegen de tijd dat jij thuiskomt.
In deze zinnen zien we dat de voltooide toekomende tijd wordt gebruikt om aan te geven dat een handeling (bijvoorbeeld “huiswerk maken”) voltooid zal zijn voordat een andere handeling in de toekomst plaatsvindt (bijvoorbeeld “aankomen”).
Wanneer gebruik je de voltooide toekomende tijd?
De voltooide toekomende tijd wordt gebruikt in specifieke situaties waarin de spreker wil benadrukken dat een bepaalde handeling in de toekomst voltooid zal zijn voordat een andere toekomstige handeling plaatsvindt. Hier zijn enkele veelvoorkomende scenario’s waarin de voltooide toekomende tijd nuttig kan zijn:
1. Voltooiing voor een toekomstige gebeurtenis
De meest gebruikelijke situatie waarin de voltooide toekomende tijd wordt gebruikt, is om aan te geven dat een handeling voltooid zal zijn voordat een andere toekomstige gebeurtenis plaatsvindt. Bijvoorbeeld:
– Voordat het feest begint, zal ik de taart hebben gebakken.
– Hij zal zijn huiswerk hebben afgemaakt voordat zijn ouders thuiskomen.
In beide gevallen wordt de voltooide toekomende tijd gebruikt om te benadrukken dat de handeling (het bakken van de taart, het afmaken van het huiswerk) voltooid zal zijn voordat de toekomstige gebeurtenis plaatsvindt.
2. Speculaties over de toekomst
De voltooide toekomende tijd kan ook worden gebruikt om speculaties of aannames te maken over wat er in de toekomst voltooid zal zijn. Dit komt vaak voor in situaties waarin de spreker niet zeker is, maar een logische aanname doet:
– Tegen die tijd zal hij de opdracht hebben voltooid.
– Zij zullen het project hebben afgerond voordat de deadline verstrijkt.
Hier suggereert de spreker een verwachting of een logische uitkomst op basis van de beschikbare informatie.
Hoe vorm je de voltooide toekomende tijd?
De voltooide toekomende tijd wordt gevormd door het gebruik van het hulpwerkwoord “zullen” in de tegenwoordige tijd, gevolgd door het voltooid deelwoord van het hoofdwerkwoord en het hulpwerkwoord “hebben” of “zijn” in de infinitiefvorm. Laten we dit in een formule opsplitsen:
zullen + voltooid deelwoord + hebben/zijn (in de infinitief)
Hier zijn enkele stappen om de voltooide toekomende tijd te vormen:
1. Kies het juiste hulpwerkwoord
Het hulpwerkwoord “zullen” wordt gebruikt in de tegenwoordige tijd om de toekomstige tijd aan te geven. Dit is de eerste stap in het vormen van de voltooide toekomende tijd.
Voorbeeld:
– Ik zal, jij zult, hij/zij/het zal, wij zullen, jullie zullen, zij zullen.
2. Voeg het voltooid deelwoord toe
Het voltooid deelwoord van het hoofdwerkwoord wordt vervolgens toegevoegd. Dit deelwoord geeft de voltooide handeling aan.
Voorbeeld:
– maken -> gemaakt, lezen -> gelezen, vertrekken -> vertrokken.
3. Voeg “hebben” of “zijn” in de infinitiefvorm toe
Afhankelijk van het hoofdwerkwoord gebruik je “hebben” of “zijn” in de infinitiefvorm. Over het algemeen wordt “hebben” gebruikt voor de meeste werkwoorden, terwijl “zijn” wordt gebruikt voor werkwoorden die een verandering van toestand of beweging aangeven.
Voorbeeld:
– Ik zal hebben gemaakt, zij zal hebben gelezen, wij zullen zijn vertrokken.
Veelvoorkomende fouten en hoe ze te vermijden
Het gebruik van de voltooide toekomende tijd kan lastig zijn voor veel taalstudenten. Hier zijn enkele veelvoorkomende fouten en tips om ze te vermijden:
1. Verkeerd gebruik van het hulpwerkwoord
Een veelvoorkomende fout is het gebruik van het verkeerde hulpwerkwoord. Zorg ervoor dat je “zullen” in de tegenwoordige tijd gebruikt en niet in de verleden tijd.
Fout: Ik zou mijn huiswerk hebben gemaakt tegen de tijd dat jij aankomt.
Correct: Ik zal mijn huiswerk hebben gemaakt tegen de tijd dat jij aankomt.
2. Verkeerde volgorde van woorden
Een andere veelvoorkomende fout is het plaatsen van de woorden in de verkeerde volgorde. Zorg ervoor dat het voltooid deelwoord altijd direct na het hulpwerkwoord “zullen” komt en dat “hebben” of “zijn” aan het einde van de zin staat.
Fout: Ik zal hebben mijn huiswerk gemaakt.
Correct: Ik zal mijn huiswerk hebben gemaakt.
3. Verkeerd gebruik van “hebben” en “zijn”
Sommige studenten hebben moeite met het kiezen van het juiste hulpwerkwoord tussen “hebben” en “zijn”. Over het algemeen gebruik je “hebben” voor de meeste werkwoorden en “zijn” voor werkwoorden die een verandering van toestand of beweging aangeven.
Fout: Wij zullen hebben vertrokken.
Correct: Wij zullen zijn vertrokken.
Oefeningen om de voltooide toekomende tijd te oefenen
De beste manier om de voltooide toekomende tijd onder de knie te krijgen, is door veel te oefenen. Hier zijn enkele oefeningen die je kunt doen om je vaardigheden te verbeteren:
1. Vul de zinnen aan
Vul de volgende zinnen aan met de juiste vorm van de voltooide toekomende tijd:
1. Tegen de tijd dat jij aankomt, _______ (ik/mijn huiswerk/maken).
2. Zij _______ (het boek/lezen) voordat de les begint.
3. Wij _______ (vertrekken) tegen de tijd dat jij thuiskomt.
2. Schrijf je eigen zinnen
Schrijf vijf zinnen waarin je de voltooide toekomende tijd gebruikt om aan te geven dat een handeling voltooid zal zijn voordat een andere toekomstige handeling plaatsvindt.
3. Identificeer de fouten
Lees de volgende zinnen en identificeer eventuele fouten in het gebruik van de voltooide toekomende tijd. Corrigeer de fouten indien nodig:
1. Ik zal hebben mijn huiswerk gemaakt tegen de tijd dat jij aankomt.
2. Zij zal hebben gelezen het boek voordat de les begint.
3. Wij zullen hebben vertrokken tegen de tijd dat jij thuiskomt.
Conclusie
De voltooide toekomende tijd is een waardevolle grammaticale constructie in het Nederlands die ons in staat stelt om precieze betekenissen over toekomstige handelingen uit te drukken. Hoewel het gebruik ervan soms uitdagend kan zijn, is het een nuttig hulpmiddel om je taalvaardigheid te verfijnen en je communicatie duidelijker en nauwkeuriger te maken.
Door te begrijpen wanneer en hoe je de voltooide toekomende tijd moet gebruiken, en door regelmatig te oefenen, kun je deze tijd effectief in je dagelijkse taalgebruik integreren. We hopen dat dit artikel je heeft geholpen om een beter inzicht te krijgen in de voltooide toekomende tijd en dat je je zelfvertrouwen hebt vergroot in het gebruik ervan. Blijf oefenen en je zult merken dat het steeds natuurlijker aanvoelt om deze tijd correct te gebruiken.




